King James Bible - Nederlands StatenVertalings 1715 Bijbel

Romans 14
Romeinen 14     

The Epistle of Paul the Apostle to the Romans
Romeinen

Return to Index
Index

Chapter 15

We then that are strong ought to bear the infirmities of the weak, and not to please ourselves.

 

Maar wij, die sterk zijn, zijn schuldig de zwakheden der onsterken te dragen, en niet onszelven te behagen.

Let every one of us please his neighbour for his good to edification.

 

Dat dan een iegelijk van ons zijn naaste behage ten goede, tot stichting.

For even Christ pleased not himself; but, as it is written, The reproaches of them that reproached thee fell on me.

 

Want ook Christus heeft Zichzelven niet behaagd, maar gelijk geschreven is: De smadingen dergenen, die U smaden, zijn op Mij gevallen.

For whatsoever things were written aforetime were written for our learning, that we through patience and comfort of the scriptures might have hope.

 

Want al wat te voren geschreven is, dat is tot onze lering te voren geschreven, opdat wij, door lijdzaamheid en vertroosting der Schriften, hoop hebben zouden.

Now the God of patience and consolation grant you to be likeminded one toward another according to Christ Jesus:

 

Doch de God der lijdzaamheid en der vertroosting geve u, dat gij eensgezind zijt onder elkander naar Christus Jezus;

That ye may with one mind and one mouth glorify God, even the Father of our Lord Jesus Christ.

 

Opdat gij eendrachtelijk, met een mond, moogt verheerlijken den God en Vader van onzen Heere Jezus Christus.

Wherefore receive ye one another, as Christ also received us to the glory of God.

 

Daarom neemt elkander aan, gelijk ook Christus ons aangenomen heeft, tot de heerlijkheid Gods.

Now I say that Jesus Christ was a minister of the circumcision for the truth of God, to confirm the promises made unto the fathers:

 

En ik zeg, dat Jezus Christus een dienaar geworden is der besnijdenis, vanwege de waarheid Gods, opdat Hij bevestigen zou de beloftenissen der vaderen;

And that the Gentiles might glorify God for his mercy; as it is written, For this cause I will confess to thee among the Gentiles, and sing unto thy name.

 

En de heidenen God vanwege de barmhartigheid zouden verheerlijken; gelijk geschreven is: Daarom zal ik U belijden onder de heidenen, en Uw Naamlofzingen.

And again he saith, Rejoice, ye Gentiles, with his people.

 

En wederom zegt Hij: Weest vrolijk, gij heidenen met Zijn volk!

And again, Praise the Lord, all ye Gentiles; and laud him, all ye people.

 

En wederom: Looft den Heere, al gij heidenen, en prijst Hem, al gij volken!

And again, Esaias saith, There shall be a root of Jesse, and he that shall rise to reign over the Gentiles; in him shall the Gentiles trust.

 

En wederom zegt Jesaja: Er zal zijn de wortel van Jessai, en Die opstaat, om over de heidenen te gebieden; op Hem zullen de heidenen hopen.

Now the God of hope fill you with all joy and peace in believing, that ye may abound in hope, through the power of the Holy Ghost.

 

De God nu der hoop vervulle ulieden met alle blijdschap en vrede in het geloven, opdat gij overvloedig moogt zijn in de hoop, door de kracht des HeiligenGeestes.

And I myself also am persuaded of you, my brethren, that ye also are full of goodness, filled with all knowledge, able also to admonish one another.

 

Doch, mijn broeders, ook ik zelf ben verzekerd van u, dat gij ook zelven vol zijt van goedheid, vervuld met alle kennis, machtig om ook elkander te vermanen.

Nevertheless, brethren, I have written the more boldly unto you in some sort, as putting you in mind, because of the grace that is given to me of God,

 

Maar ik heb u eensdeels te stoutelijker geschreven, broeders, u als wederom dit indachtig makende, om de genade, die mij van God gegeven is;

That I should be the minister of Jesus Christ to the Gentiles, ministering the gospel of God, that the offering up of the Gentiles might be acceptable, being sanctified by the Holy Ghost.

 

Opdat ik een dienaar van Jezus Christus zij onder de heidenen, het Evangelie van God bedienende, opdat de offerande der heidenen aangenaam worde,geheiligd door den Heiligen Geest.

I have therefore whereof I may glory through Jesus Christ in those things which pertain to God.

 

Zo heb ik dan roem in Christus Jezus in die dingen, die God aangaan.

For I will not dare to speak of any of those things which Christ hath not wrought by me, to make the Gentiles obedient, by word and deed,

 

Want ik zou niet durven iets zeggen, hetwelk Christus door mij niet gewrocht heeft, tot gehoorzaamheid der heidenen, met woorden en werken;

Through mighty signs and wonders, by the power of the Spirit of God; so that from Jerusalem, and round about unto Illyricum, I have fully preached the gospel of Christ.

 

Door kracht van tekenen en wonderheden, en door de kracht van den Geest Gods, zodat ik, van Jeruzalem af, en rondom, tot Illyrikum toe, het Evangelie vanChristus vervuld heb.

Yea, so have I strived to preach the gospel, not where Christ was named, lest I should build upon another man's foundation:

 

En alzo zeer begerig geweest ben om het Evangelie te verkondigen, niet waar Christus genoemd was, opdat ik niet op eens anders fondament zou bouwen;

But as it is written, To whom he was not spoken of, they shall see: and they that have not heard shall understand.

 

Maar gelijk geschreven is: Denwelken van Hem niet was geboodschapt, die zullen het zien; en dewelke het niet gehoord hebben, die zullen het verstaan.

For which cause also I have been much hindered from coming to you.

 

Waarom ik ook menigmaal verhinderd geweest ben tot u te komen.

But now having no more place in these parts, and having a great desire these many years to come unto you;

 

Maar nu geen plaats meer hebbende in deze gewesten, en van over vele jaren groot verlangen hebbende, om tot u te komen,

Whensoever I take my journey into Spain, I will come to you: for I trust to see you in my journey, and to be brought on my way thitherward by you, if first I be somewhat filled with your company.

 

Zo zal ik, wanneer ik naar Spanje reis, tot u komen; want ik hoop in het doorreizen u te zien, en van u derwaarts geleid te worden, als ik eerst van uliedertegenwoordigheid eensdeels verzadigd zal zijn.

But now I go unto Jerusalem to minister unto the saints.

 

Maar nu reis ik naar Jeruzalem, dienende de heiligen.

For it hath pleased them of Macedonia and Achaia to make a certain contribution for the poor saints which are at Jerusalem.

 

Want het heeft dien van Macedonie en Achaje goed gedacht een gemene handreiking te doen aan de armen onder de heiligen, die te Jeruzalem zijn.

It hath pleased them verily; and their debtors they are. For if the Gentiles have been made partakers of their spiritual things, their duty is also to minister unto them in carnal things.

 

Want het heeft hun zo goed gedacht; ook zijn zij hun schuldenaars; want indien de heidenen hunner geestelijke goederen deelachtig zijn geworden, zo zijn zijook schuldig hen van lichamelijke goederen te dienen.

When therefore I have performed this, and have sealed to them this fruit, I will come by you into Spain.

 

Als ik dan dit volbracht, en hun deze vrucht verzegeld zal hebben, zo zal ik door ulieder stad naar Spanje afkomen.

And I am sure that, when I come unto you, I shall come in the fulness of the blessing of the gospel of Christ.

 

En ik weet, dat ik, tot u komende, met vollen zegen des Evangelies van Christus komen zal.

Now I beseech you, brethren, for the Lord Jesus Christ's sake, and for the love of the Spirit, that ye strive together with me in your prayers to God for me;

 

En ik bid u, broeders, door onzen Heere Jezus Christus, en door de liefde des Geestes, dat gij met mij strijdt in de gebeden tot God voor mij;

That I may be delivered from them that do not believe in Judaea; and that my service which I have for Jerusalem may be accepted of the saints;

 

Opdat ik mag bevrijd worden van de ongehoorzamen in Judea, en dat deze mijn dienst, dien ik aan Jeruzalem doe, aangenaam zij den heiligen;

That I may come unto you with joy by the will of God, and may with you be refreshed.

 

Opdat ik met blijdschap, door den wil van God, tot u mag komen, en met u verkwikt worden.

Now the God of peace be with you all. Amen.

 

En de God des vredes zij met u allen. Amen. Romeinen 16

Romans 16 - Romeinen 16

 

 

 

SpeakingBible Software © 2001-2004 by johnhurt.com