King James Bible - Nederlands StatenVertalings 1715 Bijbel

Philippians 2
Filippenzen 2     

The Epistle of Paul the Apostle to the Philippians
Filippenzen

Return to Index
Index

Chapter 3

Finally, my brethren, rejoice in the Lord. To write the same things to you, to me indeed is not grievous, but for you it is safe.

 

Voorts, mijn broeders, verblijdt u in den Heere. Dezelfde dingen aan u te schrijven, is mij niet verdrietig, en het is u zeker.

Beware of dogs, beware of evil workers, beware of the concision.

 

Ziet op de honden, ziet op de kwade arbeiders, ziet op de versnijding.

For we are the circumcision, which worship God in the spirit, and rejoice in Christ Jesus, and have no confidence in the flesh.

 

Want wij zijn de besnijding, wij, die God in den Geest dienen, en in Christus Jezus roemen, en niet in het vlees betrouwen.

Though I might also have confidence in the flesh. If any other man thinketh that he hath whereof he might trust in the flesh, I more:

 

Hoewel ik heb, dat ik ook in het vlees betrouwen mocht; indien iemand anders meent te betrouwen in het vlees, ik nog meer;

Circumcised the eighth day, of the stock of Israel, of the tribe of Benjamin, an Hebrew of the Hebrews; as touching the law, a Pharisee;

 

Besneden ten achtsten dage, uit het geslacht van Israel, van den stam van Benjamin, een Hebreer uit de Hebreen, naar de wet een Farizeer;

Concerning zeal, persecuting the church; touching the righteousness which is in the law, blameless.

 

Naar den ijver een vervolger der Gemeente; naar de rechtvaardigheid, die in de wet is, zijnde onberispelijk.

But what things were gain to me, those I counted loss for Christ.

 

Maar hetgeen mij gewin was, dat heb ik om Christus' wil schade geacht.

Yea doubtless, and I count all things but loss for the excellency of the knowledge of Christ Jesus my Lord: for whom I have suffered the loss of all things, and do count them but dung, that I may win Christ,

 

Ja, gewisselijk, ik acht ook alle dingen schade te zijn, om de uitnemendheid der kennis van Christus Jezus, mijn Heere; om Wiens wil ik al die dingen schadegerekend heb, en acht die drek te zijn, opdat ik Christus moge gewinnen.

And be found in him, not having mine own righteousness, which is of the law, but that which is through the faith of Christ, the righteousness which is of God by faith:

 

En in Hem gevonden worde, niet hebbende mijn rechtvaardigheid, die uit de wet is, maar die door het geloof van Christus is, namelijk de rechtvaardigheid, die uitGod is door het geloof;

That I may know him, and the power of his resurrection, and the fellowship of his sufferings, being made conformable unto his death;

 

Opdat ik Hem kenne, en de kracht Zijner opstanding, en de gemeenschap Zijns lijdens, Zijn dood gelijkvormig wordende;

If by any means I might attain unto the resurrection of the dead.

 

Of ik enigszins moge komen tot de wederopstanding der doden.

Not as though I had already attained, either were already perfect: but I follow after, if that I may apprehend that for which also I am apprehended of Christ Jesus.

 

Niet dat ik het alrede gekregen heb, of alrede volmaakt ben; maar ik jaag er naar, of ik het ook grijpen mocht, waartoe ik van Christus Jezus ook gegrepen ben.

Brethren, I count not myself to have apprehended: but this one thing I do, forgetting those things which are behind, and reaching forth unto those things which are before,

 

Broeders, ik acht niet, dat ik zelf het gegrepen heb.

I press toward the mark for the prize of the high calling of God in Christ Jesus.

 

Maar een ding doe ik, vergetende, hetgeen achter is, en strekkende mij tot hetgeen voor is, jaag ik naar het wit, tot den prijs der roeping Gods, die van boven is inChristus Jezus.

Let us therefore, as many as be perfect, be thus minded: and if in any thing ye be otherwise minded, God shall reveal even this unto you.

 

Zovelen dan als wij volmaakt zijn, laat ons dit gevoelen; en indien gij iets anderszins gevoelt, ook dat zal u God openbaren.

Nevertheless, whereto we have already attained, let us walk by the same rule, let us mind the same thing.

 

Doch, daar wij toe gekomen zijn, laat ons daarin naar denzelfden regel wandelen, laat ons hetzelfde gevoelen.

Brethren, be followers together of me, and mark them which walk so as ye have us for an ensample.

 

Weest mede mijn navolgers, broeders, en merkt op degenen, die alzo wandelen, gelijk gij ons tot een voorbeeld hebt.

(For many walk, of whom I have told you often, and now tell you even weeping, that they are the enemies of the cross of Christ:

 

Want velen wandelen anders; van dewelken ik u dikmaals gezegd heb, en nu ook wenende zeg, dat zij vijanden des kruises van Christus zijn;

Whose end is destruction, whose God is their belly, and whose glory is in their shame, who mind earthly things.)

 

Welker einde is het verderf, welker God is de buik, en welker heerlijkheid is in hun schande, dewelken aardse dingen bedenken.

For our conversation is in heaven; from whence also we look for the Saviour, the Lord Jesus Christ:

 

Maar onze wandel is in de hemelen, waaruit wij ook den Zaligmaker verwachten, namelijk den Heere Jezus Christus;

Who shall change our vile body, that it may be fashioned like unto his glorious body, according to the working whereby he is able even to subdue all things unto himself.

 

Die ons vernederd lichaam veranderen zal, opdat hetzelve gelijkvormig worde aan Zijn heerlijk lichaam, naar de werking, waardoor Hij ook alle dingen Zichzelvenkan onderwerpen.

Philippians 4 - Filippenzen 4

 

 

 

SpeakingBible Software © 2001-2004 by johnhurt.com